Vandaag was het vroeg opstaan want om 08u00 kwam Dinis senior ons oppikken voor het ontbijt. Deze maal bij hem thuis. 08u00 was Portugese tijd want rond 8u15 arriveerde hij eindelijk. Snel even Ginny, Nathan en Lucas oppikken en we konden vertrekken naar zijn thuis.

Men had voor ons een volledig ontbijt voorzien. Van alles genoeg en mijns inziens voldoende variatie. Zelfs de plaatselijke katten konden meegenieten van de stukjes hesp die Erik hen voederde.

Rond 09u00 was het tijd om te vertrekken richting Evora, een oud stadje op zo’n klein uurtje rijden van Alvito. Evora bestond reeds in de tijd van de Romeinen, de ruïnes van de tempel zijn daar nog getuige van. Daar Dinis er een afspraak had, kregen wij ruim een uur om deze stad te bezichtigen.  De Historische oude stad staat op de lijst van Unesco werelderfgoed. Diverse bezienswaardigheden deden wij aan. Zo was de luxe en kunst in de San Fransico kerk, de romeinse aquaduct en ruïne van de romeinse tempel. Maar de chapel of bones sprak het meest tot de verbeelding. Een gans stuk was opgebouwd uit menselijke botten, Schedels, beenderen en ribben vormden de muren van deze lugubere plaats. Naast de tempel was er een museum, waar allerhande artefacten uit de kerkgeschiedenis te zien waren. De trappen op en we kwamen op het dak van de kerk. Van daar kregen wij een prachtig zicht op de stad en wijde omgeving. Opnieuw twee kerken op één dag  voor Erik … dat moet een absoluut record zijn. Bekeren zat er net nog niet in, maar Erik is op goede weg.

Het viel trouwens op hoeveel Polen er in deze stad waren. Bijna alle wagens hadden een ‘P’ op de nummerplaat staan.

We reden terug naar Alvito omdat het tijd om iets te eten … Deze maal kregen wij twee schotels. De ene was Rijst met eend, de andere was friet met varkensvlees en schaaldieren. Plaatselijke gerechten die prima smaakten. Opnieuw vertrokken we met de mini bus.

De volgende stop was een modern wijnhuis in de omgeving, Quetzal. Dinis heeft overal relaties en zo kregen wij een rondleiding in het Engels. Het eerste punt was de moderne kunst tentoonstelling die er te bezichtigen was. Nadien volgde de rondleiding in de wijnmakerij met uitleg over de wijnbouw.

Best interessant om de gids, Norberto, te horen praten over zijn passie. Uiteraard kon een glaasje wijn niet uitblijven. Daar onze judoka’s minderjarig waren, kregen zijn geen alcohol. Ze vroegen zelfs niet om even te proeven. Voorbeeldige jeugd.

Tijdens de ritten wilden we wel weten hoe laat de training zou beginnen. Volgens Dinis zou dat rond 18u00 zijn. (het was tenslotte 19u00). Op de vraag hoeveel uur de training mocht duren kregen we carte blance. Schitterend, dat maak je alleen in het zuiden mee.

Erna reden wij opnieuw richting Alvito waar wij een stop maakten bij een plaatselijke wijnmaker. De wijn die daar gemaakt werd was traditioneel Portugees. Niet slecht van smaak, maar duidelijk een mindere kwaliteit dan het wijnhuis Quetzal.

Hier kregen wij een uitleg in het frans. De wijn werd er gemaakt in traditionele stenen kruiken van ongeveer 1200 à 1500 liter. Ook hier kregen wij een kleine proeverij. Bij de groep was ook een jongen van zo’n 10 jaar. Tijdens een onoplettendheid geritste hij snel een glas en dronk het leeg. Het was duidelijk niet de eerste maal dat hij dat deed.

De volgende stop was in een klein zaaltje. Zou de stage daar doorgaan? We hadden schrik van wel. Gelukkig was het enkel op tatami matten op te halen voor de stage. Deze bleken Agglorex te zijn (made in Belgium).

We gingen nog snel even de judopakken ophalen en we konden aan een training beginnen. De poort van de sporthal was gesloten. Dus moest Dinis de sleutel halen in het gemeentehuis. Om een lang verhaal kort te maken, bleek dat de sleutel gewoon in zijn zak zat …

Ondertussen was ook Dinis junior aangekomen met een groepje judoka’s van zijn club. In totaal waren wij met zo’n 18 jongeren en 10 kinderen. De jongeren legden snel de matten zodat wij konden beginnen.

De training was een mix van techniek en randori. Nogmaals viel het op dat techniek niet de sterkste kant is van de plaatselijke judoka’s. Dingen die voor ons standaard zijn, bleken volkomen nieuw voor hen. Het was wat moeilijk les geven wegens de diversiteit in graden en leeftijden, maar Erik slaagde erin iedereen te boeien. We hoorden nadien dat deze groep voornamelijk bestond uit kinderen uit kansarme gezinnen die op kosten van Alvito gratis judo mogen doen.

Na een training van zo’n anderhalf uur was het tijd om een hapje te gaan eten. Deze maal aten wij met de judoka’s mee. Drie van de deelneemsters stonden in de keuken en deden hun best om wat lekkers te maken. Spaghetti met tonijn, rijst met worst en eieren waren de gerechten. Vergelijk het met een keuken op een jeugdkamp. Eenvoudig en lekker.

In plaats van naar de slaapgelegenheden terug te keren, wilde Dinis junior nog een koffie gaan drinken. Dus gingen wij, rond 23u00 nog op zoek naar een cafeetje dat ons wilde bedienen. Daar werden ook de plannen voor morgen besproken. Omstreeks 8u00 zou men ons komen ophalen voor het ontbijt … nee, doe maar 08u30 … we wennen er wel aan ?

Rond iets voor middernacht konden wij dan eindelijk gaan slapen. Enkel bibi moest nog een verslag maken.